De grote stad

Ruim twee weken geleden kwam ik aan in Toronto, mijn eerste grote stad sinds ik in augustus Vancouver verliet. Het was wel even wennen, ook omdat de familie Vorstman (waar ik verblijf) uit zes personen bestaat. Dat is vrij veel als je al een maand in je uppie bent. Na twee dagen uitrusten was het tijd om weer eens iets te gaan doen.

Het huis staat vrij noordelijk aan een grote winkelstraat die heel Toronto van noord naar zuid doorkruist, Yonge Street. Dit is een drukke, maar ook erg leuke winkelstraat waar je makkelijk een dag door kunt brengen. Hier ben ik op jacht gegaan naar kerstkaarten. Deze waren er gelukkig in overvloed, maar het was nog een hele kunst om mooie te vinden die niet acht dollar per stuk kostten. Het was me gelukkig gelukt en vervolgens heb ik ze in een cafeetje (die er ook in overvloed waren) geschreven.

Isaure, waar ik mee op de middelbare zat en die nu geschiedenis studeert in Toronto, had van een van haar vakken een feestje. Ik mocht ook mee, en kon zo meteen haar campus een beetje zien. Er staan op de campus behoorlijk wat victoriaans uitziende huizen, die veelal opgekocht zijn door studentenverenigingen (zogeheten fraternities voor heren en algoritmes voor dames). In een van deze huizen was ook het feest, aangezien een klasgenoten bij zo'n vereniging zit. Het was een ontzettend gemixte groep mensen, uit allerlei verschillende landen. Volgens Isaure zijn de internationale studenten allemaal rijk, studeren kost voor hen al snel 50.000 dollar per jaar. Gelukkig hoeft Isaure hier maar ongeveer tien procent van te betalen aangezien haar ouders in Canada werken en zij daarom als ‘Canadese’ student wordt gezien.

De dag na het feest hadden we met dezelfde groep een lunch bij een Chinees restaurant. Nou klinkt dat voor een Nederlander die de witte plastic bakjes gewend is niet heel erg aantrekkelijk, maar het was een compleet andere ervaring. Niet in witte plastic bakjes, maar gewoon op borden en echt heel erg lekker. Daar kan de Chinees in Nederland nog wat van leren.

Een van de grootste musea van Toronto is het Royal Ontario Museum. En gelukkig voor mij was deze een dag gratis. Het is een museum met uiteenlopende tentoonstellingen, een aantal zijn vast, zoals die over de Canadese geschiedenis en grote delen van de dinosaurussen en opgezette dieren, maar er zijn ook een aantal tijdelijke tentoonstellingen, op dit moment een over vikingen en ontwerper Dior. Het museum zit in een prachtig oud gebouw, en het is al de moeite waard om alleen het gebouw zelf te bekijken. Ondanks dat het gratis was, was het er niet extreem druk en kon je nog makkelijk alles goed bekijken.

Toronto ligt aan een groot meer en vlak van de kust ligt een eiland. Dit eiland wordt met name bewoond door rijke pensionado’s en mensen die er hun tweede huis hebben. Aangezien ik het eiland in de winter bezocht was het er bijna compleet verlaten. Alle cafés waren dicht en er was geen hond buiten. Dit had waarschijnlijk ook te maken met het vieze weer. Het was aan het miezersneeuwen, en over de hele stad hing een grijze mist. Helaas kon ik hierdoor amper de skyline van de stad zien, maar het gaf het eiland een bijzondere verlaten sfeer die je er waarschijnlijk niet vaak ziet. Aan de zuidkant van het eiland zijn stranden, die nu helemaal ondergesneeuwd zijn. Ook dat is iets wat je weinig tegenkomt en erg bijzonder is.

In Canada heb je vanwege het klimaat erg veel overdekte winkelcentra en markten. Een van die markten is St. Lawrence market. De markt bevindt zich in een oud industrieel gebouw en je kunt er van alles vinden, van je dagelijkse boodschappen tot souvenirs. Dit zorgt voor een leuke mix van bezoekers. Bankmedewerkers en studenten halen er hun lunch, toeristen kijken rond en mensen kopen er hun vlees, groente en kaas.

Een ander soort markten die je tot dit moment veel zag waren kerstmarkten. De eerste die ik bezocht, bezocht ik samen met Jennie, een van de meisjes met wie ik samen in Lacombe gewerkt had en die toevallig ook nu in Toronto was. Het was (voor de kerstliefhebber) heel erg gezellig met houten stalletjes waar je kerstcadeautjes of je lunch kunt kopen, en overal klinkt kerstmuziek en hangt versiering. Deze markt was in het distillery district. Een van de oudere delen van Toronto die in de afgelopen jaren helemaal opgeknapt is. Het deed mij een beetje denken aan de ij hallen in Amsterdam. De tweede markt die ik bezocht was wat minder mooi aangekleed, maar had wel een leuke, kleine schaatsbaan en lag naast het gemeentehuis. Dit gemeentehuis was net een soort kasteel en staat een beetje zielig en alleen tussen alle moderne wolkenkrabbers, maar daardoor vind ik hem des te mooier.

Op het moment dat ik dit schrijf is het kerstavond. We zijn met zijn allen naar de kerst mis geweest in de katholieke kerk. Voor mij was dit de eerste keer dat ik zo’n mis meemaak en ik vond het erg mooi. Zeker omdat er veel kerstliedjes gezongen werden (wel katholieke kerstliedjes natuurlijk, geen Mariah Carey). Het was ondertussen ontzettend aan het sneeuwen, en tijdens de mis was er een halve meter gevallen. Toen we terugkwamen van de kerk was het tijd voor cadeautjes en het eten van zelfgemaakte koekjes, cake en andere lekkernijen. Het was ontzettend gezellig, en ook al was het mijn eerste kerst zonder familie ik ben ontzettend blij dat ik het bij de familie Vorstman heb mogen vieren.

Ik wens iedereen natuurlijk een hele fijne kerst en een heel gelukkig 2018 toe! Voor mij betekend het dat ik al over de helft ben, maar ook dat ik nog drie volle maanden avontuur te goed heb… Ik heb er zin in.

PS: Gefeliciteerd Ishaa :)